Ziektebeleid

Richtlijnen van de GGD

Besloten is dat de richtlijnen van de GGD worden gevolgd. Hiermee hopen we meer duidelijkheid te scheppen over het wel of niet toelaten van kinderen in geval van ziekte. In de GGD-richtlijnen wordt een omschrijving gegeven van de verschillende kinderziekten en wordt een advies gegeven of kinderen wel of niet geweerd moeten worden. Bekijk de richtlijnen van de ggd. Voor bepaalde aandoeningen (zoals een loopoor of waterpokken) geeft de GGD het advies dat kinderen niet geweerd hoeven te worden. Uiteraard geldt dit alleen als het betreffende kind geen koorts heeft (38,5° of hoger) en zich niet ziek voelt. De leidinggevende behoudt zich wel het recht voor een kind te weren als zij van mening is dat dit in het belang is van het kind zelf, de andere kinderen en de groepsleidsters. Mocht dit het geval zijn, dan zal zij dit uiteraard gemotiveerd toelichten.

Het beleid tot verstrekken van medicijnen is aangepast. Dit houdt in dat een doktersverklaring niet langer nodig is. Op verzoek van de ouders en in overleg met het afdelingshoofd kunnen de groepsleidsters bepaalde medicijnen aan een kind toedienen. Hierbij wordt bijvoorbeeld gedacht aan neusspray of oordruppels of het afmaken van een antibioticumkuur.

Protocol richtlijnen geneesmiddelenverstrekking

Om problemen te voorkomen moet schriftelijk overeengekomen worden dat een kind medicatie op het kinderdagverblijf krijgt toegediend. Hiertoe wordt een ‘Overeenkomst gebruik geneesmiddelen’ gesloten tussen Villa Valentijn Den Haag en de ouders. Deze overeenkomst is gebaseerd op een model van de GGD. Voorwaarde is wel dat het medicijn thuis al is toegediend zodat de ouders weten dat hun kind hierop niet allergisch reageert.

De overeenkomst gebruik geneesmiddelen moet vooraf door de ouders worden ingevuld en met de leidinggevende worden doorgenomen.